Fuchsia info

Herkomst van de fuchsia

Fuchsia’s bestonden 50 miljoen jaar geleden ook al. Wij waren er niet bij om die eerste te bewonderen, maar dit gegeven schijnt wetenschappelijk gegrond.
Het verpreidingsgebied heeft in Amerika alleen al een lengte van 10.000 km. en omvat ongeveer honderd soorten. Fuchsia’s groeien zowel in tropische gebieden als op grote hoogten tot 3.000 m. waar het flink koud kan zijn. In het Magalanesgebergte op de zuidpunt van Zuid-Amerika trotseert F. magellanica echt barre klimaat omstandigheden.
Paul Berry, een Amerikaans deskundige, vermoedt dat een natuurlijke verspreiding heeft plaatsgevonden vanuit het gebied van oorsprong, Zuid-Amerika, naar het noorden en het zuiden.
Die naar het zuiden verliep over Antarctica naar Nieuw-Zeeland en vervolgens over de grote oceaan naar Tahiti. Door het gematigde klimaat van deze eilanden konden Fuchsia’s er overleven, maar ze zien er wel enigszins anders uit.
De sectie Skinneria wordt daar aangetroffen. De verspreiding gebeurde op de meest natuurlijke wijze, vogels aten de bessen.
De verspreiding naar het noorden liep tot in Mexico. Deze Fuchsia’s zijn kleinbloemig (F. encliandra en F. jemenezii) en zijn voor hun bestuiving niet afhankelijk van kolibries; ze overleven dankzij bestuiving door insecten.
Er volgde een tweede verspreiding noordwaarts. De sectie Quelusia benadert het best de oorspronkelijke Fuchsia. De secties Fuchsia en Hemsleyella (Andesgebergte) hebben lange, buisvormige bloemen en genieten van de meest gunstige klimatologische omstandigheden. Hier zijn de meeste moderne soorten ontstaan. De sectie Kerschlegeria handhaaft zich in het droge kustgebied van West-Chili.
De mens is er verantwoordelijk voor dat nu alle mogelijke Fuchsia’s over de hele wereld voor komen. In de westerse wereld werd de Fuchsia in 1703 door Plumier geïntroduceerd. Als plantkundige van Lodewijk XIV reisde hij veel met als doel nuttige planten te verzamelen. Het door hem ontdekte geslacht Fuchsia noemde hij naar een beroemd medicus en botanicus, namelijk Leonhard von Fuchs. Het door hem meegebrachte exemplaar kreeg de naam F. triphylla flore coccinea, wat later door Linaeus, samensteller van de botanische nomenclatuur, verkort werd tot F. triphylla.

Oorsprong van de fuchsia.
Fuchsia’s komen oorspronkelijk uit de koele en vochtige bergwouden rond de evenaar.
De soorten die wij kennen, zijn speciaal gekweekte variëteiten.
Fuchsia’s zijn vooral geliefd om hun prachtige, klokvormige bloemen. Het zijn dankbare planten die, bij een juiste verzorging, lang en overvloedig bloeien. Met deze tips houdt u ze zomer en winter gezond.


Variëteiten in fuchsia's
Door selectieve kweekmethoden hebben fuchsiakwekers een groot aantal verschillende variëteiten ontwikkeld.
Behalve tussen enkel- en dubbelbloemige fuchsia’s, kunnen we ondermeer een onderscheid maken tussen hangfuchsia’s, stamfuchsia’s en struikvormen.


Planten in potten
Wilt u fuchsia’s in potten houden, gebruik dan een goede potgrond.
Fuchsia’s houden van een luchtige, lichtelijk zure aarde. Neem voor het verpotten een pot die maar een maatje groter is.
Plant fuchsia’s nooit in de volle zon en zorg dat de aarde vochtig blijft.
Speciale fuchsiagrond zorgt voor een goede ontwikkeling en bloei van de plant.


Stekken van fuchsia's
In principe kan het hele jaar door gestekt worden maar de beste tijd is toch in het voorjaar zo van half februari tot half april, de stekken zijn in deze periode zacht en de moederplant is in volle groei wat in deze tijd veel stekken oplevert.
Ook augustus tot oktober is een goede tijd maar de stekken zijn dan meestal wat meer verhout en meestal zitten er vooral in de topstek wat bloemknoppen.
De eventuele bloemen en knoppen wel verwijderen!
Als u fuchsia’s stekt tussen mei en september heeft u volgend jaar al bloeiende planten. Snij met een scherp mesje jonge scheutjes net onder de ‘knoop’ af en verwijder de twee onderste paren blaadjes en de eventuele bloemknop.
Zet de stekjes in een bakje met speciale stekaarde, besproei lichtjes en bedek het bakje met een laagje transparant plastic. Zet het bakje op een lichte, warme plaats, maar niet in de zon.
U kunt het groeiproces versnellen door de onderkant van de stekjes door wat stekpoeder te halen (te koop bij uw tuincentrum). Als er nieuwe blaadjes verschijnen, is het stekje begonnen met wortelen.


Bladstek of hielstek
Deze methode van vermeerdering door stekken kan met groene bladeren en een heel klein stukje van de stengel.
Het is aardig om te zien wat er bij deze methode van stekken gebeurt.
Dan wordt een slapend oog in het oksel tot groei
gedwongen en als het oog gaat groeien doet het dat in de meeste gevallen ook rigoureus.
Een opkomst met vier of meer scheutjes komt vele keren voor.


Overwinteren van fuchsia's
In oktober haalt u uw fuchsia’s binnen en de planten terugsnoeien tot twee of een bladpaar.
Laat ze overwinteren op een koele, lichte plek.
De temperatuur mag niet onder de 5°C. komen en bij voorkeur niet boven de 10°C.
Dunne takjes verwijderen evenals alle bladeren. Het hout de eerste maanden een of twee keer per week nevelen.
Wanneer de plant op het hout begint uit te lopen kan men langzaam voorzichtig beginnen met de grond vochtig te maken.
Na gelang de groei dit opvoeren.
Let wel op het toppen wanneer de plant fors begint te groeien.
Voorkom dat de kluit uitdroogt.


Fuchsia soorten
Er zijn veel Fuchsia soorten bekend.
Nog regelmatig worden er botanische expedities uitgezonden om nieuwe plantensoorten te ontdekken, maar ook om de groei omstandigheden van bekende soorten te onderzoeken.
Regelmatig zit daar dan een nieuwe fuchsia bij.
Ook kan dan blijken dat in overlappinggebieden natuurlijke kruisingen voorkomen.
De Fuchsia soorten worden systematisch onderverdeeld in 12 Secties.
De grootste Sectie, de Sectie Fuchsia is zelfs nog weer onderverdeeld in een aantal groepen.
Er zijn ook Secties waar maar één soort onder valt.
Dan zijn er bij een aantal soorten duidelijk varianten aanwezig die, botanisch gezien, wel één soort vormen maar duidelijk een extra naam behoeven.
Dat wordt dan een ondersoort, beter bekend als subspecies of het wordt een variant.


Ziekte bij fuchsia's
Ook fuchsia’s hebben wel eens last van beestjes en andere nare dingen die wij niet graag in onze planten zien verschijnen.
En als dat grotere vormen aanneemt noemen we het een plaag.
Een plaag ontstaat door aantasting van de plant van buitenaf, meestal door een insect of een schimmel.
Naast deze externe schadeveroorzakers kan de fuchsia ook last hebben van een gebrekschade, veroorzaakt door een tekort aan een bepaalde voedingsstof.
Bijna overal is wel een oplossing voor, je moet alleen eerst weten wat er fout zit om te weten wat eraan te doen valt.
Nog beter is het om deze narigheden te voorkomen.
Preventieve maatregelen dus.
Hoe gezonder uw plant is, hoe meer weerstand hij heeft.
De omgeving waarin de plant staat is tot op zekere hoogte beïnvloedbaar.
Zoals in de zon of toch wat meer schaduw, beschut of in de wind.
Dus, zet hem op de goeie plek. Dat is al een eerste preventieve maatregel.
Een verkeerde verzorging (verkeerde potgrond, teveel of te weinig water, verkeerde bemesting) is van invloed op het uiterlijk van de plant, het effect is een plant die ziek lijkt te zijn.
Een goede verzorging is dus een tweede preventieve maatregel.
Andere planten kunnen ook van invloed zijn op uw fuchsia’s.
Niet alleen door schaduw te geven, maar ook kunnen ze bepaalde luchtjes afgeven waar nare beestjes een hekel aan hebben. Deze maatregel wordt ook wel biologisch tuinieren genoemd.


Stekgrond voor fuchsia's
Men kan goede stekgrond in de handel kopen maar men kan natuurlijk ook zelf een samenstelling maken wat eigenlijk wel zo leuk is.
Een goed mengsel is bijvoorbeeld: niet eerder gebruikte turfmolm en 1/3 deel scherp zand.
Deze samenstelling houdt het vocht goed vast en is erg luchtig en niet te voedzaam en bevat geen ziektekiemen.


Temperatuur voor fuchsia's
Hoewel de fuchsia uit tropische streken afkomstig is, is het een misverstand te veronderstellen dat ze naar een hoge temperatuur verlangen.
De oervormen groeien namelijk op grote hoogte in een wisselvallig klimaat, met grote verschillen tussen dag- en nachttemperatuur, in beboste ravijnen die vrij koel zijn of in het hooggebergte waar temperatuurschommelingen voorkomen van min 3 tot plus 18 graden C.
Kenmerkend voor die streken is ook de hoge luchtvochtigheid en een humusrijke grond met een goede waterdoorlatende eigenschap.
Dit wetende is het dan ook zo dat de fuchsia continue hoge temperaturen slecht verdraagt.
Ze hebben ook een voorkeur voor gefilterd zonlicht, triphylla soorten vormen hierop echter een duidelijke uitzondering.
Fuchsia’s houden van veel licht en lucht en prefereren enige beschutting vooral tegen een schrale en harde wind.
Vochtigheid, in de vorm van wat regen of zelf broezen, wordt in ruime mate op prijs gesteld.
Een goede humusrijke,goed waterdoorlatende grond met een Ph tussen de 5 en de 7 is ook een vereiste en vorst van enige betekenis is ook funest, behoudens de zogenaamde winterharde soorten.
Een gulden regel is dan ook de fuchsia’s niet eerder buiten te zetten dan na half mei.
Komen de planten uit een kas, schuur of andere beschutting dan is het verstandig de planten de eerste dagen op een beschutte plek af te harden, niet alleen tegen de wind maar ook tegen al te fel zonlicht, wat de tere blaadjes kan doen verbranden.
Het tijdstip van binnenhalen is wat meer afhankelijk van de weersomstandigheden in het najaar, maar er kan gerekend worden zo tussen half oktober begin november.
Let wel op een eventuele vroege nachtvorst natuurlijk.


Inkuilen van fuchsia's
Graaf een kuil van ongeveer 80 cm diep, hoe groot hangt af van de hoeveelheid planten u heeft.
De planten komen nu zonder pot in de kuil.
Van planten uit de volle grond of pot de wortelkluit goed uitschudden en controleren op larven, schimmels en ongedierte.
De planten zo kort mogelijk snoeien en ook weer de dunne takjes en alle blad verwijderen.
Let op dat de plantnaametiketten erbij zitten en deze niet los kunnen van de plant.
Ook hier geldt, jonge niet verhoute stekjes kunnen niet ingekuild worden!!
Men begint nu in de kuil met een laag turfmolm en legt de eerste laag planten erin.
Hierop weer wat turfmolm en vervolgens de tweede laag planten enz.
De bovenste laag planten wordt weer met een laagje turfmolm afgedekt en men laat een laag van ongeveer 15 cm vrij voor lucht.
De kuil nu goed afdekken met een paar balken met daarop een plaat of iets dergelijks, daaroverheen plastic en dit afdekken met grond.
De grond zo aanbrengen dat het regenwater weg kan lopen en niet in de kuil terecht komt.
Heeft men bijvoorbeeld een oude vrieskist, dan kan men natuurlijk ook hierin de planten opbergen zoals hiervoor beschreven.
Als alles maar vorstvrij blijft gedurende de opslag.


Bemesting bij fuchsia's
Elke liefhebber heeft zijn eigen mening en concept over bemesting.
Hieronder volgt een beproefde en succesvolle methode.

Voor de hoofdbemesting wordt gebruikt,
mengmestoffen met sporenelementen N.P.K. voor fuchsia's

N = Stikstof, nodig voor de groei.
P = Phosfor, nodig voor de ontwikkeling van knoppen en bloemen.
K = Kalium, nodig voor stevige stengels en wortelvorming en afharden.
M = Magnesium of bitterzout, voorkomt geelverkleuring blad.

Meststoffen

N20-P20-K20 Algemeen [kan altijd gegeven worden]

N27-P15-K12 Bladvorming [voorjaar]

N10-P30-K20 Knopzetting [zomer]

N10-P52-K10 Wortelvorming en knopzetting [voorjaar en zomer]

Magnesiumsulfaat [bitterzout]: Voorkoming bladvergeling

1 volle theelepel meststof oplossen in 1 liter water

Beste methode van mest geven is iedere dag een beetje bij voorkeur s'morgens gelijktijdig met het water geven.

Tijdens zeer hoge temperaturen in de zomer geen meststoffen toevoegen om verbranding te voorkomen.
Bladbemesting toepassen in de kas vanaf Februari, 3 gram per 10 liter spuitvloeistof afwisselend 10-52-10 en 30-10-10
Buiten wordt voornamelijk grondbemesting gegeven.

Bron: Michel Wijnands.